zondag 27 januari 2013

Spreuken en citaten 20

De voorstanders van het homohuwelijk hebben een radicale en gevaarlijke visie op vrijheid en recht. In hun visie vereist vrijheid dat de staat de menselijke relaties definieert. Het is dus niet een kwestie van ontdekken, door de rede, van welke relaties voortkomen uit de menselijke natuur, relaties die dus beschermd moeten worden vanwege hun inherente integriteit en waardigheid. Op die manier heb ik dus het recht op andermans kinderen (dat is wat er op het spel staat in het debat over adoptie), want ik wil hen en de staat geeft ze aan mij.

Wanneer de staat het huwelijk en het gezin kan herdefiniëren om zodoende een ‘recht’ te creëren (namelijk op de kinderen van iemand anders), dan komt het ‘recht’ op een huwelijk en kinderen dus niet voort uit een natuurlijk proces van menselijke generaties en seksualiteit, maar komt voort uit een besluit van de staat.

De Katholieke tegenstanders van het homohuwelijk geloven dus dat het homohuwelijk uiteindelijk de bescherming van alle natuurlijke rechten bedreigt, door een radicale omkering van onze rechtsfilosofie.

David Anders, in Sola Scriptura and the Gay “Marriage” Debate